Lijst van brieven op datum
15 augustus 1886
van
Multatuli
aan
Hendrik Clemens Muller (bio)
Volledige Werken. Deel 23. Brieven en dokumenten uit de jaren 1884-1886 (1993)
15 augustus 1886
Brief van Multatuli aan H.C. Muller. Twee dubbele velletjes postpapier, waarvan blz. 1-7 en 8 (⅘) beschreven. (M.M.)
N. Ingelheim 15 Aug '86
Waarde Muller, Dank voor Uw brief van den 7n. Uw bezoek heeft ons de aangenaamste herinnering nagelaten. Jammer voor ons dat ge niet langer kondt blyven. Ook spyt het me dat de heer Timmerman [1.] Timmerman: (wellicht) Aegidius W. Timmerman (1858-1941), Nederlands classicus en letterkundige, collega van Muller aan het Stedelijk (= Barlaeus) Gymnasium. niet meekwam. Als hy op R v E. [2.] Rv. E.: Roorda van Eysinga. verstoord is, had ik misschien iets kunnen bydragen tot herstel van den vrede, iets dat ik zoo gaarne doe, tenminste als 't geen beginselen geldt die 't oorlog voeren waard zyn. Over 't geheel hecht men te veel waarde aan 't ‘gelyk-hebben.’ Dit doet R.v.E., naar ik meen, ook, maar hy is door en door eerlyk. Geen kleinigheid, waarachtig!
Neen, socialist ben ik niet! Ik kan 't program van die party niet onderschryven, en dit is jammer voor my misschien, voor hen iets zekerder.
Wel heb ik sympathie met den [3.] den: oorspr. stond er het. wrevel der ontevredenen, d.i. dien gevoel ik met hen. Maar ik beweer dat ze zich vergissen, zoowel in 't aanwyzen van den vyand die te-keer moet worden gegaan als in de middelen die ze aanwenden. Ils jouent le jeu de l'ennemi [4.] Ils jouent enz.: zij spelen de vijand in de kaart (fr.). Prud'homme en Cartouche [5.] Cartouche: historisch Frans roverhoofdman (Louis-Dominique Bourguignon 1693-1721), en (sindsdien) spreekwoordelijk voor: geslepen dief., de bourgeois satisfait en de Schinderhannessen [6.] Schinderhannes: roverhoofdman aan het eind van de 18de eeuw in de omstreken van de Rijn; ook in Nederland spreekwoordelijk voor leider van woeste bende. op 't kussen zyn hun dank schuldig. Ze versterken door hun ondoordacht handelen de tegenparty. Niemand zal dit - na 't amsterdamsch conflict [7.] 't Amsterdamsch conflict: zondag 25 juli 1886 was in Amsterdam het ‘palingoproer’ uitgebroken, zogenaamd aangesticht door ‘de rooien’., byv. - ontkennen. - Meen niet dat ik by 't afkeuren der taktiek van de ontevredenen, zoetemelkpapächtige zachtheid predik. Integendeel! Ik lyk meer op Danton, Robespierre of zelfs op Marat, dan op Lamartine [8.] Lamartine: Alphonse de Lamartine (1790-1869), Frans romantisch dichter en politicus; in 1834 trad hij tot de volksvertegenwoordiging toe. die in '48 ter inwyding van z'n politieke loopbaan afschaffing doordreef van den doodstraf voor politieke misdryven.
('n politiek misdryf is 't bestelen, bedriegen, vermoorden van duizenden inplaats van die mishandeling toetepassen op 'n enkele.)
My komt zachtmoedigheid jegens misdadigers in't groot, ongeoorloofd voor, en als ik de macht had waarnaar ik uit bestwil en niet uit kinderachtige eerzucht, minder nog uit smaak, want ik houd niet van publiekerigheid-
Ja als ik macht had gekregen waarnaar ik uit bestwil gestreefd heb [9.] heb: oorspr. stond er had., zou ik honderde koppen hebben laten vallen. Misschien duizenden.
Maar men - m'n ‘geestverwanten’ - hebben dat niet gewild. Bien leur fasse! [10.] Bien leur fasse!: geluk ermee! (fr.) Ik ben er wee van.
Nog eens, 't spyt me dat ik niet met de Socc. kan meegaan. Ik kan met niemand meegaan. Men had moeten meegaan met my. Ik zou 't bedrogen, verdrukte mishandelde Volk hebben gewezen waar Toulon [11.] waar Toulon ligt: uitspraak van Napoleon die in 1793 Toulon als belangrijke marinehaven terugveroverde op de Engelsen. ligt, en hoe men de vesting moest aangrypen. Maar na tientallen jaren van geduld ben ik er niet in geslaagd soldaten te vinden - niet in genoegzaam aantal ten-minste, O, op verre na niet! - wier veldheer ik zou verkiezen te zyn.
De Socialisten - dat malle: ‘de’ Er zyn er geen twee die aan 'tzelfde lyntje trekken! - staan nog minder dan andere St/kundige partyen op de hoogte om de onmisbaarheid intezien van 't leerstuk der onfeilbaarheid. (Er is veel te leeren van de all. zal. m. Kath. Kerk, of laat me liever zeggen: van de Natuur aan wie die Kerk de Kunst heeft afgezien!) Zy - de sociall. meenen hun doel te bereiken zonder 't ééne onwrikbare punt van uitgang [12.] uitgang: oorspr. gevolgd door zonder. welks gemis alle krachtsinspanning ydel maakt. Archimedes had gelyk [13.] had gelyk: Archimedes, Grieks natuur- en wiskundige (3e eeuw v. Chr.), stelde dat wie zich op een punt buiten de aarde kon plaatsen, haar zou kunnen bewegen.. Juist andersom dan de eisch is [14.] is: oorspr. stond er was., meenen ze hun doel - en wèlk doel! - te bereiken door versplintering van kracht, door aan Jan en alleman 't recht toetekennen van meepraten - ‘meestemmen’ heet het, geloof ik, in 't jargon van den dag - door intelligentie, taktiek, geestkracht kennis van zaken, oordeel, alles wat tot bestemmen en bereiken van 'n groot doel noodig is, aantelengen met het lang nat [15.] lang nat: sterke verdunning, als tegenstelling tot ‘kort nat’: sterke drank. van vergaderingen, babbelclubs, debatgeklets en dergelyke verlammende gewone (of huis-)oefeningen van beroerdheid. Bah! Ja, alle raderen willen veer zyn. En de voorgangers spiegelen dat als mogelyk, als gewenscht als praktisch voor!
Niet alleen dat ik niet Socialist ben, ik ben anti-socialist. De socialisten willen den ‘Staat’ almachtig maken, ik dring aan op de meestmogelyke inkrimping der bemoeienis van 't noodzakelyke Kwaad dat men ‘Regeering’ noemt. Zy houden zich voortdurend bezig met het voorstaan en doordryven van nieuwe wetten, ik beweer dat men zich hoofdzakelyk moest bezighouden met afschaffing van wetten. Zy blyken te smachten naar verzwaring van juk, ik eisch, binnen de grens van 't mogelyke: vryheid. Zy staan 'n wreede òngelykheid voor, door de meest ongeëvenredigde verhoudingen, behoeften en aanspraken naar één stupiden maatstaf te bepalen, ik dring op gelykheid aan door in overeenstemming met de wenken der onfeilbare magistra Natuur, ieder te geven - d.i.: toetelaten dat ieder zich op billyke wyze verschaffe: - wat hem past en toekomst. Zy willen 't licht der beschaving verzwakken, ja: doven, door 't bevorderen van niet teruggekaatste uitstraling, ik wensch dat licht behouden en versterkt te zien door concentratie. Zy willen alle kans op winst in de levenslotery vernietigen door 't ongerymd afschaffen van de Nieten, ik wil de schelmen straffen die sedert zeer lang, ja, voortdurend de pryzen stelen, en dit - behoudens gedeeltelyke verandering van personeel - zullen blyven doen als de Socialisten aan 't roer komen. [16.] komen: oorspr. stond er kwamen. Speciaal-bepaalde [17.] Speciaal-bepaalde: oorspr. stond er Byzondere. aanwyzingen sla ik over. En ook publiceer ik die niet. Ik bedank er voor, wegwyzer te spelen voor luî die niet loopen willen [18.] willen: oorspr. stond er kunnen., en die later zouden zeggen dat myn aanwyzingen niet deugen, omdat zy niet verkoren zich intespannen tot het volgen van den aangewezen weg!-
Wie tegenspraak meent te ontdekken in m'n betuiging dat ik geen ‘zachtmoedigheid’ predik (zooals de uilige babbelaar Quack [19.] Quack: Hendrik P.G. Quack (1834-1917), Nederlands econoom, vooruitstrevend hoogleraar en directeur van de Nederlandsche Bank sedert 1885., byv.) en m'n aandringen op... ‘vryheid’ m'n afkeer van tyrannie, verliest uit het oog dat er onderscheid is tusschen medicatie en diëet. Wat noodig kan zyn tot het uitroeien van verrotting, wordt niet voorgeschreven als hygienisch regime voor den reconvalescent of den genezene. Dit is duidelyk, dunkt me.-
En - noch als heelmeester noch als hygienist beweer ik 'n arcanum [20.] arcanum: geheim wondermiddel (lat.) te bezitten. Maar veel - iets althans! - is er te verbeteren. En dit is van't socialistisch program niet te verwachten. Integendeel! De verkondigers van dat stelsel leiden [21.] leiden: oorspr. gevolgd door juist. de aandacht af van den focus der kwaal die ze meenen te bestryden, en de dieven die 't Volk uitplunderen, zyn hun grooten dank schuldig. De ganzen hebben 't Kapitool gered, en Heemskerk c s. hebben [22.] hebben: oorspr. stond er gaan. den betrekkelyk rustigen tyd dien ze te gemoet gaan te danken aan 'n paling [7.] 't Amsterdamsch conflict: zondag 25 juli 1886 was in Amsterdam het ‘palingoproer’ uitgebroken, zogenaamd aangesticht door ‘de rooien’.. Toen God de wereld geschapen, en aan Adam gevraagd had: ‘is er nu misschien nog iets waarmee ik je pleizieren kan’ antwoordde de slimmert: ‘hm, ja, 'n onhandig vyandje zou me wel schikken.’
En 't geschiedde alzoo. De Heer - goedig als altyd - schiep de Socialisten.
Basta!-
meent ge dat die Bismarck zooveel praats hebben zou als men niet meende hem tegen de Sociall. noodig te hebben?
Daar ge nog te Arnhem zyt, weet ik niet of deze U gewordt? Ook niet of ge daar in de gelegenheid zyt te schaken?
Immerhin! [23.] Immerhin: hoe dan ook (du.) Ik zend U m'n zet. Alzoo, om te beginnen:
Ik gebruik by 't noemen der officieren de duitsche letters. Onze drie K's (Kon. Konin & Kasteel) zyn lastig. Dus:
Vindt ge dat goed?
En wilt ge by 't zenden van uwen zet den laatst onvangenen [25.] onvangenen: verschrijving. repeteeren?-
Veel groeten van ons drietjes, ook aan uw vrouw
tt
Dek