Lijst van brieven op datum
3 maart 1882
van
Multatuli
aan
Willem Paap (bio)
Volledige Werken. Deel 21. Brieven en dokumenten uit de jaren 1881-1882 (1990)
3 maart 1882
Brief van Multatuli aan W.A. Paap. Twee dubbele velletjes postpapier, waarvan blz. 1-7 en 8(⅔) beschreven. (M.M.) De envelop is bewaard gebleven en was geadresseerd aan WeledGeb Heer Willem Paap. Litt. hum. Stud., Quellynstraat 15 Amsterdam. De brief werd op 4 maart 1882 voltooid.
Nieder Ingelheim 3 Maart 82 beste Paap! Ik zie uit uw brieven dat je je weert als'n kat in de krullen. Dank je wel! De drukte die deze zaak U op den hals haalt, kan ik me voorstellen. Minder makkelyk valt het my deeltenemen in uw gunstige opinie over den uitslag van de zaak. Maar ik erken, niet op de hoogte te zyn. Dat de Amsterdammer en de heer De Koo zich goed houden doet me veel genoegen, maar is niet dat blad het eenige? Of byna eenige?
Wat bedoelt ge met ‘2e instantie’ ten-opzichte van nog niet gebruikte namen? En, eilieve, waarom de ‘schare’ by-een geroepen na het drukken van de Circulaire? Het is zeer gevaarlyk 'n gelegenheid te geven tot redenary en debat. Ook begryp ik niet welk onderwerp in die vergadering aan de orde zal gesteld worden? Niet gaarne zou ik van myn kant iets belemmerends willen in 't midden brengen, en vooral geen wyshedens verkoopen die Uwlieder hartelyke welwillendheid 'n remschoen zouden aanleggen, maar... als ik van Vergaderingen hoor spreken, houd ik m'n hart vast. Er is geen onfeilbaarder middel om personen die 't in hoofdzaak ééns zyn, door 'n debatterig opwerpen van byzaken tot verdeeldheid te nopen, dan 't vergaderen! Ieder ‘spreker’ maakt zyn tekst tot kardinaal punt, en ik hoor reeds het gewone:
‘Neen, myne Heeren, als ge de zaak zóó inziet, dan trek ik me terug!’
Wanneer dit reeds te vreezen is by verondersteld wèl willen, hoe zal 't zyn, indien er onder de vergaderden mochten zyn die zich 't in den war schoppen tot doel maken? M'n vrees spruit voort uit ondervinding. Met vry veel zekerheid kan ik U zeggen dat er onder degenen die verlof gaven hun naam onder de circulaire te laten drukken, nu reeds sommigen zyn die er berouw van hebben, en die slechts 'n gelegenheid afwachten om zich onder t een of ander pretext [1.] pretext: voorwendsel. te retireeren [2.] retireeren: terugtrekken.. Wie? Dàt weet ik niet. Maar wèl ken ik de taktiek myner vyanden, en daarvan kan ik U staaltjes meedeelen betreffende gelyksoortige toestanden die m'n voorspelling nagenoeg tot zekerheid maken. Er zullen, byv. voorstellen gedaan worden die de strekking hebben my te dwingen tot bedanken [3.] bedanken: (hier) het huldeblijk afwijzen; niet: dankzeggen voor.. Dat die in de door UI. bedoelde samenkomst niet zullen worden aangenomen, weet ik ditmaal, en by uitzondering. (Tot-nog-toe hebben in dergelyke omstandigheden zulke voorstellers hun doel wèl bereikt!) Maar ik vraag: waartoe hun de zoo makkelyke gelegenheid tot terugtrekken - waarvan met triumf door m'n zeer machtige tegenparty zal worden melding gemaakt - aangeboden?
Beste kerel, 't zou me zoo leed doen, Uwlieder taak door inmenging van myn kant te bezwaren, maar als dat by-eenkomen niet volstrekt onvermydelyk is - wat ik niet kan beoordeelen omdat ik de te behandelen vraagpunten niet weet - wapent u dan toch tegen 't bekende: ‘roet in 't eten’ of ‘zand tusschen 't raderwerk’. Ge zegt: ‘er worden maatregelen genomen om babbelaars te neutraliseeren’ eilieve, juist dàt leidt reeds tot klacht over mondsnoeren en 't obligaat:
‘Né, dàn trek ik me terug!’
Babbelaars neutraliseeren? Wel, een groot deel der ‘schare’ is juist òm te babbelen dáár gekomen. Het is sommigen juist om dat fameuze ‘woord-vragen’ (en krygen en houden!) te doen, méér gewoonlyk dan om de zaak waaróver zy 't woord verlangen.
En, vraagt ge, wat zou 't schaden als 2, 6, 10 ja, al waren 't er 20, zich terugtrokken? Zeer veel! Ieder die zich retireert, is genoodzaakt z'n wispelturigheid of... oneerlykheid te stempelen tot iets fraais, iets byzonder achtenswaardigs. En dit kan niet anders geschieden dan door 't zwart maken en verguizen van de zaak. Ze waren, o zoo welmeenend! Maar... na dàt, dàt of dàt te hebben gehoord, na dien maatregel van de Kommissie, ‘neen nu mogen zy met den besten wil de zaak niet steunen!’ Geen kwaadaardiger vyand dan 'n woordbreker. Eén die zich terugtrekt doet meer kwaad dan 10 teekenaars der Circulaire vergoeden kunnen.
Maar, zegt ge, na ons te hebben gemachtigd een [4.] een naam: oorspr. stond er z'n naam. naam te laten drukken onder de circulaire is het terug trekken onmogelyk! O neen! Integendeel, 't effekt is er te grooter om. Men protesteert tegen het gebruiken van z'n naam waartoe men: ‘wel is waar aanvankelyk verlof had gegeven, maar na dìt, na dàt... kortom, men wil er niet mee te doen hebben. De indruk die zoo'n désaveu [5.] désaveu: herroeping (fr.) maakt, is hoogst nadeelig, onverschillig onder welk voorwendsel de désertie plaats heeft, ja al werd er in't geheel geen reden opgegeven. De mogelykheid bestaat dat sommigen alleen zyn toegetreden om zich met het noodig éclat [6.] éclat: (hier) schandaal (fr.) te retireeren. Hoe zwartgallig, niet waar? Hoe pessimistisch! Geloof dat ik niet zoo spreek uit menschenhaterige karakterfout, maar wel - myns ondanks! - uit ondervinding.
4 Maart
Ja, eergister jarig geweest! Ik voel me moê en zwak. 't Minste dat ik doe mat my af. Ook deze brief. Er ligt 'n berg werk op me te wachten. Ik weet niet hoe ik er door kom. Enfin!
Hartelyk gegroet
tt
Dek
Van Bruinsma spyt me. En ook van Pisuisse. Ik begryp niet wat de reden kan zyn dat ze niet meedoen.
Ik ben benieuwd hoe gyl. de Circulaire verspreiden zult.
Laat toch in die ‘Vergadering’ niets worden aangenomen waardoor ik aan 'n band word gelegd. De staaltjes van dergelyke pogingen by vroegere gelegenheden loopen in 't zotte, of liever - zooals ik reeds zei - daarin was telkens opzet om my tot bedanken te dwingen.