Lijst van brieven op datum
4 maart 1881
van
Multatuli
aan
Jacob Haspels (bio)
Volledige Werken. Deel 21. Brieven en dokumenten uit de jaren 1881-1882 (1990)
4 maart 1881
Brief van Multatuli aan J.M. Haspels. Dubbel en enkel velletje postpapier, waarvan blz. 1-5 en 6(⅔) beschreven. (M.M.)
Veendam 4 Maart 1881 beste Haspels! Ik heb u over twee zaakjes te schryven.
1. Gister kreeg ik bezoek van Roelfsema die in zak en assche zat. Half huilend gaf-i my 'n verward verslagje van zekere animositeit en konkurrentie tusschen Sappemeer (de hr Binnerts) en Hoogezand waar hy 'n zaal heeft, en waar ik dan ook verleden jaar gesproken heb. Die twee plaatsjes zyn nagenoeg één (men moet het maar weten!) zoodat het aannemen van Sappemeer 't optreden te Hoogezand als 't ware uitsloot, of althans minder gunstig maakte. Enz. Enz. Nu heb ik gister, te gauw geroerd door z'n beklaag hem beloofd, dat ik als ik hier in de buurt terug kom ('t geen de vraag is. De heele zaak der lezingen hangt me de keel uit by de ellendige opbrengst!) nu, dat we dan by hèm zouden komen. 't Spyt me dat ik 't gezegd heb. Ik had hem moeten afwyzen. Maar nu ik 't eenmaal beloofd heb, moet ik 't noteeren.
2. Geheel buiten Uw bemoeienis ben ik in aanraking gekomen met 'n aantal personen te Utrecht die my uitnoodigden in die stad nog-eens optetreden, en wel om te spreken over 'n byzonder punt
(zedelykhedens, prostitutie &c.)
waarby ik dan alles by den naam noemen zou 'tgeen vooruit zou worden bekend gemaakt &c. Geheel zeker is 't nog niet, maar voorloopig zou daarvoor Saterdag, 19 Maart gekozen worden. Nu weet ik niet zeker of ik U dit heb meegedeeld. Het kon U hinderen in Uw onderhandelingen (?) met Sliedrecht.
Staalman zegt me dat hy niet weet of ze afgebroken zyn. Mocht ge nu over Sliedrecht voor 19 Maart beschikt hebben, dan gaat uw afspraak door, en niet de myne met [1.] met: oorspr. stond er te. Utrecht, daar ik slechts ‘voorloopig en onder voorbehoud’ dien datum heb aangenomen. Mocht evenwel van Uw kant die 19e vry gebleven zyn, disponeer dan svp niet over dien dag. -
Hier, Veendam was 't gistravend ellendig. De oorzaak lag gedeeltelyk in zeker kabaal, gedeeltelyk in de nabyheid van Stadskanaal, waar ik vanavend spreken moet. -
Uit de klaagzangen van Roelfsema zag ik (schoon ik 't wel wist zònder dat) hoeveel gemaal en geseur ge U getroost om mynent wille! -
Staalman houdt zich best. Hy is fatsoenlyk, yverig, beleefd. Ik heb niets dan goeds van hem te zeggen. -
Hartelyk gegroet
tt
Dek.
Is m'n vrouw al by U geweest? Zeker wel. Wou is 'n oude kennis van Koenraad [2.] Koenraad, Haspels' zoon, had in 1878 enkele maanden bij Multatuli en Mimi gelogeerd.. Koen heeft hem 3 jaar geleden naar bed gebracht, toen-i zoo radeloos was over 't vertrek van z'n vroegere verpleegster.
Zekere telegram van den Helder heb ik niet ontvangen.
Kan 't nog noodig zyn dit den betrokkene [3.] den betrokkene: oorspr. stond er de betrokkenen. meetedeelen? Als ik wist wie 't was, had ik zelf telegr. er naar geïnformeerd. Nu moet ik afwachten wat het beteekent.