Multatuli.online

26 september 1879

Brief van P.A. Tiele aan Multatuli. Dubbel velletje postpapier, waarvan blz. 1-2 en 3 (⅕) beschreven. (M.M.)

Utrecht 26 Sept. 79

Waarde Vriend!

Het deed mij groot genoegen ook van u en uwe vrouw een gelukwensch te ontvangen. Ja, ik heb buitengemeen geboft, na al mijn wederwaardigheden nog een lief, verstandig meisje te vinden die er niet tegen opzag lief en leed met mij te deelen. Na een minder goeden winter kwam ik in de eerste dagen van Mei hier en weldra ondervond ik de goede uitwerking van de droogere Utrechtsche lucht en voelde mij al spoedig zoo flink en monter dat ik den stouten stap durfde wagen. Mijne Agathe is de zuster van den schilder Frans ter Meulen, met wien ik al lang zeer bevriend was. Zy is 33 jaar, heeft veel nagedacht, kent en acht u ook en zou u gaarne persoonlijk leeren kennen, maar daar het al naar den winter loopt en ik dan zeer op moet passen kunnen wij van uw vriendelijke uitnoodiging tot mijn spyt geen gebruik maken, en zullen ons uitstapje tot een volgenden zomer moeten uitstellen. Alleen bij bizonder zacht weer zouden wij een paar dagen naar Brussel gaan, waar wij in weinige uren kunnen komen.

Ik had zeer gaarne wat uitvoeriger vernomen hoe het u en mevrouw gaat, want geloof dat ik daarin hartelijk belang blijf stellen. Als gij eens tijd hebt houd ik mij aanbevolen dat te vernemen. Wat mij betreft, ik heb veel reden van tevredenheid want het is mij hier door een welwillend Collegie van Curatoren (zonderling dat Utrecht juist een liberaal Collegie heeft) zeer gemakkelijk gemaakt, en zelfs hebben zij besloten bij gelegenheid van een nieuwen aanbouw aan de Bibliotheek, die in 't volgende jaar moet beginnen, daarvan ook een gedeelte aan mij tot woning af te staan. Voorloopig ga ik wonen in een huisje met lieven tuin op de Plompetorengracht voorby de Molensteeg. Mocht gij dezen winter in 't land komen dan houd ik mij zeer aanbevolen u daar te zien. Wij hebben een kleine logeerkamer, waar gij zeer welkom zult zijn.

Mijne hartelijke groeten ook uit naam mijner bruid aan Mevrouw verzoekende noem ik mij hoogachtend

Uw dw. Vr^d.

P.A. Tiele