Multatuli.online

27 maart 1879

Brief van Multatuli aan V. Bruinsma. Dubbel velletje postpapier, waarvan blz. 1-4 geheel beschreven. (M.M.)

Doelen, Leeuwarden beste Vitus, ik vind hier je briefen dank U daarvoor. Ook zonder dien brief had ik U en Hilda terstond geschreven. Van Harlingen komende, kan ik betuigen dat ik hier adem schep ‘hier’ beteekent niet zozeer: Leeuwarden als: Doelen waar de liefelyke invloed uwer vriendin me een zoo aangenaam verblyf verschaft heeft. Ik voel me hier allerprettigst.

Had je 't in Harlingen dan minder goed, vraag je? Ja, daar had ik 't komiek-slecht. En 't grappigst was dat niemand er schuld aan had. Ieder was even welwillend, zoowel byzondere personen als hotelhouder en 't ‘publiek’. Inderdaad, zeer hartelyk, en toch... o komiek! Dat zal ik je van avend vertellen. Maar vertel 't niet over als 'n klacht, want niemand had er schuld aan. De wil was uitstekend. Hoe dit zy, ik heb daar 'n voordracht gehouden met hindernissen, en ik zeg dat het er dan ook na was! Maar ‘men’ was tevreden, naar ik hoor, en dit doet me geen genoegen. Liever had ik vernomen dat men (zoo als Mieske na m'n voordracht te Amsterdam) gezegd had: ‘hoor eens, er mankeerde véél aan!’ Om je te bewyzen dat ik niet uit malle nederigheid zoo spreek zeg ik er by 1o dat ik, m'n ‘hindernissen’ in aanmerking genomen, 'n waar kunststukje verricht heb, en 2o (ook geen nederigheid!) dat ik te Groningen redelyk goed gesproken heb.

Voor van avend zal ik m'n best doen. Hier heb ik de gelegenheid me behoorlyk voortebereiden tgeen me te Harlingen ontbrak. Ook ik had jelui willen vragen na de lezing je te zien. Maar dat nu Hilda door de kou zou gaan om my te sparen, is wat erg. Dit zou me bezwaren. Kan ik niet na de lezing met vigilante samen met je beidjes naar Uw huis gaan, en dan dáár 't rytuig byv. tegen ½ 1 laten terugkomen? 't Zou me zeer hinderen als Hilda om mynentwil door de kou liep of reed.

Ik ben van plan heden avend reeds te 7 uur naar 't [1.] 't: oorspr stond er de zaalgebouw te gaan. Daar zal ik by Vander Wiele een verwarmde kamer vinden. Kom je me daar voor de lezing, of, als 't u beter schikt, in de pauze even opzoeken?

Heel hartelyk gegroet van Dek

Die juffr. Postma was allerliefst! Een ware vrouw in de schoone beteekenis van 't woord. Ik zal U vertellen waarom ik dit denk en zeg. Adieu tot van avend.

Vele groeten van Mies die nog altyd met haar (ons!) lief kind te Hoorn by haar zuster is. Dat tot ons nemen van dien kleinen kerel behoort tot de schoonste gebeurtenissen van m'n leven. Wat dat kind ons een geluk geeft! Voor geen schatten sta ik hem af. En Mies ook niet! Wat is dat zaakje heerlyk uitgevallen! Men kan zich geen beminnelyker kind voorstellen. Dit zegt ook m'n schoonzuster te Hoorn die toch zelf kinderen heeft.