Lijst van brieven op datum
17 april 1878
van
Multatuli
aan
Mimi Douwes Dekker (bio)
Volledige Werken. Deel 19. Brieven en dokumenten uit de jaren 1878-1879 (1989)
17 april 1878
Brief van Multatuli aan Mimi. Enkel velletje postpapier, geheel beschreven. (M.M.)
Hoorn Woensdag ochtend lieve beste Mieske! Gister heb ik je den heelen dag niet geschreven. En er was reden voor want ik ben vroeg van Deventer gereisd, en te Amsterdam had ik m'n schryfgerei niet, en eigenlyk ook geen plaats om rustig te zitten. Ik had m'n koffer terstond naar de Hoornsche boot laten brengen, en dwaalde toen maar wat rond. (M'n kleeren zyn aangepast. Het spyt me dat ik ze niet had voor m'n reis naar Hoorn, maar dat kon nu eenmaal niet). -
Merens was aan de boot. Hoe we elkaêr herkenden weet ik niet eens, maar we raadden er maar naar. Ik had eerst het oog op 'n heer met 'n klein jongetje, en riep ‘Dirk’ ‘Tis’ maar dat was mis. Nu, ik ben terstond met M. naar Chris gegaan die ik heel lief vond. Ze waren eenvoudig en hartelyk. Natuurlyk bleef ik er den avend. Ik dronk er thee en later vroeg ik 'n paar beschuitjes met kaas. Ze wou absoluut biefstuk & sla geven, maar ik had geen honger daar ik op de boot 'n paar flinke karbonades had gegeten. Dirk, Tis, en de kleine sliepen. Toch heb ik ze in hun bedjes en wiegje gezien. Ze zagen er frisch uit. Maar Tis had op 't wangetje wat uitslag (iets als dauwwurm?) Er was geen kwaad bij, en 't is zelfs (zeggen de dokters) 'n blyk van gezondheid. Straks (12 a 12½) ga ik er kofhdrinken, en natuurlyk zal ik er van middag eten. -
Ik telegrafeerde je zoo even my hier te adresseeren tot nader order. 't Komt me voor dat ik hier in 't Logement 'n paar ochtenden op m'n gemak wat achterstallige schryvery regelen kan. Ook is 't me nu makkelyk op 5, 6 plaatsen m'n adres eens optegeven. Alles Hoorn. Ik vrees zoo dat er op de vele plaatsen waar ik de laatste 10 dagen geweest ben brieven liggen. En ik ben hier rustiger dan byv. te Amsterdam, waar ik ook (visites moetende maken) last heb van m'n wel wat verwaarloosde kleeren. Aan M & Ch. kan ik 't vertellen, maar niet aan elk ander. Dat verveelt zoo. Dus: schryf naar Hoorn tot nader order. De brieven die na m'n vertrek komen zal ik laten nazenden, en ik weet nu nog niet waarheen.
Na de vreeselyke vermoeienis van de laatste dagen wil ik eens me recueilleeren, daar ik goed zorgen moet dat Tandem marcheert. Dit is hoofdzaak. -
Je brief Zondag avend - Maandag morgen, kwam gistravend aan. Ik denk even na over 't al of niet verzenden van den br. aan Betsy. Straks meer daarvan. [1.] Volgens een aantekening van Mimi breekt de brief hier af.