Multatuli.online

4 april 1878

Brief van Multatuli aan Mimi. Dubbel en enkel velletje postpapier, waarvan blz. 1-5 beschreven. (M.M.)

Rotterdam donderdag ochtend lieve Mieske! Van nacht [1.] Vannacht: oorspr. stond er Gister a(....). ± een uur deed ik 'n brief voor je op de post. De bus is naby maar wordt niet na elf uur geleegd. t Is schande! Nu dien brief heb je zeker. En toen ik van die expeditie thuis kwam had ik nog niet gedaan. Maar ik ben zóó wel en flink dat niets me verstoort. En ik heb wat in m'n hoofd, dat verzeker ik je. En alles marcheert goed. Och, verheug je daar toch in. Maar meid, je moet me niet hinderen. Ik moet Tandem stevig vestigen. Daartoe zyn maatregelen noodig die overleg en beleid vorderen. Je begrypt toch wel dat iets dat op-ééns ons van heel arm ryk moet maken, niet uit de lucht valt! ‘Scheppen’ is: met geduld en beleid iets samenstellen. Beschouw 't nu net als de schaakparty van V.D. Linden die ik winnen wou. Even zeker zeg ik je dat Tandem slagen moet, maar dring me geen zetten op. Ikzelf verlang even hard naar huis, jou, en (zeer betrekkelyke!) rust, als jy naar my. Maar ik verman me, en doe net of 't me niet schelen kan. Zoo heb ik me ook de eerste 4 weken moeten vermannen tegen m'n vermoeienis! Ieder ander zou gedacht hebben dat-i uitgeput was, en ik zette door. By zekere voordracht (ik weet niet waar) heb ik op de borst slaande, gezegd: ‘vieille carcasse, tu obéiras. [2.] Vieille carcasse enz: Oud geraamte, je zult gehoorzamen. (fr.)’ Zeg, let je wel op dat in de kranten 't praatje over vermoeid uit zien niet meer gedebiteerd wordt? Ik zie er nu (voor myn doen) goed uit, en bèn ook wèl.

Alle schryvery, relatien, pogingen, maatregelen &c &c die me bezig houden, kan ik je niet meedeelen. Genoeg dat ik tevreden ben over den loop der zaken.


(Daar komt de koffi. V. Helden doet mee. Hy wil koek op z'n broodje hebben, en is in alles zeer fideel, flink, trouw. Ze zyn best bezorgd. Zeg 't aan Bichel.) -

Om je eens één ding te noemen. Ik heb je gezegd dat er voortaan geen gebrek aan geld zal zyn. Dit is en blyft waar. Maar behalve 't noodige om ruim en prettig het hhouden aan den gang te houden (later zal 't overgaan in rykdom!) heb ik in dit jaar nog behoefte aan duizenden. (Willème, bakker, Cassel Ffort. Charl. en nog meer.) Nu voel ik uit zekere vragen dat er tegen 2 Maart iets broeide. En ik wilde trachten dat alsnog. enz. Denk toch dat er meer te doen en te regelen is dan jy nu weten kunt, niet omdat het geheim is, maar omdat ik niet altyd alles kan uitleggen. Dat zou me noodeloos vermoeien. Ik meende altyd dat je tevreden zou [3.] zou: oorspr. stond er moest. zyn met m'n algemeene mededeeling dat alles goed gaat. Dit is zoo. Ik ben zeer opgeruimd & kalm. -

Dat ik je lief heb, kan je wel voelen dunkt me. Je hebt er wel een pleizier in, jezelf te verouwelyken. Maar merk je ooit dat ik je aanzie voor oud of òp of versleten? Als je werkelyk oud of versleten wàs, zou myn schatting die ànders is, je moeten doen voelen dat ik je wèl lief heb. En al m'n schryvery! Kom, je bent gek. Maar je was ongesteld, meid! Dit weet ik van Woutertje die je nadeed by de kachel, zie je. -

Donderdag middag, 4 uur.

Bezoeken gehad! Nogal aangename. Nu wat alleen!

En brieven, kranten, o zonder eind! Maar alles gaat goed. Ik ben net 'n legergeneraal die 'n slag bestuurt en telkens rapport krygt over den toestand. Die rapporten zyn goed. Of 'n dokter die op de symptomen van z'n zieke let. Ook die symptomen zyn goed. Als je over jaren nog de vrucht van m'n bedenksels waarneemt, zal 't je verwonderen dat ik alles in zoo korte tyd heb weten te scheppen. Dus wees niet ongeduldig. Dat is geen preparatie tot lang uitblyven. Ikzelf verlang erg, geloof me! -

Ik had bezoek toen je brief van dinsdag avend - woensdag morgen. Jou brieven die te 5 uur vertrekken kryg ik ± 2 uur. En die 's avends in de bus gaan, ontvang ik den volgenden avend 9 uur, maar soms eerst den volgenden morgen. -

Toen ik van Den Bosch kwam, vond ik drie brieven van je. En de telegram [4.] Mimi telegrafeerde dat twee brieven ongelezen moesten blijven. verbood er twee. Ik had ze dus alle drie ongeopend moeten laten. 't Was àl te gek. Goed dat ik maar ongehoorzaam geweest ben. -

Ik heb nu je brief eerst goed gelezen (eerst met bezoek) en hy is heel lief en hartelyk en goed, en ik dank je wel. -

Ik hoor dat er by lezingen in sommige plaatsen niet 1.50 maar 1 gl betaald is. Immerhin! [5.] immerhin: het geeft niet (du.), in duitse schrijfletters. Ik geef er niets om wat die lezingen op-brengen. Hoofdzaak is dat je nooit weer gebrek aan 't noodige zult hebben. En als ik me dus roeren kan, weet ik wel hoe ik (door Tandem natk) de inkomsten uitbreid. Dat kàn niet missen. -

hm, hm, als ik je voortaan geld zend zal ik eerst vragen of ik je niet beleedig. Nu, zonder gekheid, misschien zend ik je niet meer (tenzy je 't vroeg) en dan kom ik thuis met wat in de portemonnaie. Wees gerust over geldzaken. Ik ben er attenter op dan sommigen denken. Ik blyf zeggen dat je die zorgen nooit meer hebben zult! t Is toch geen kleinigheid. -

Zeg, bestel je niet wat zomer japonnen uit parys? Och, toe! Als jy er te gierig voor bent, dan doe ik 't graag voor je, maar ik kan 't hier niet doen. Ik heb de boekjes niet met stalen en patronen. Kan jy nu niet beredderen dat je voor my, presentjes aan jou uitkiest en bestelt? Dàt zou nu fideel wezen.

's avends ½ 8

Ik heb zoo'n slaap, omdat ik gister avend zoo laat opgezeten heb. En nu ga ik eens uit. Namk met V. Helden naar den schouwburg. Ik heb de ‘firma’ in vele weken niet gezien. (Wel Haspels alleen.) - Zeg, vraag aan Bruinsma wat-i bedoelde met:

‘dikken brief aan van Delden.’ Meent hy ook V. Helden? Deze weet van niets. Ik ook niet. Kan er ook 'n brief verkeerd geadresseerd, en dus niet terecht zyn? Doe die vraag terstond. Ik heb er 'n reden voor. -

Dag beste Mies. Ik ga uit. In zeer langen tyd ging ik niet uit dan naar spoor of boot. t Is me 'n ware vreemdigheid.