Lijst van brieven op datum
23 november 1877
van
Multatuli
aan
G.L. Funke (bio)
Volledige Werken. Deel 18. Brieven en dokumenten uit de jaren 1875-1877 (1987)
23 november 1877
Brief van Multatuli aan G.L. Funke. Dubbel velletje postpapier, waarvan blz. 1-2 en 3 (⅔) beschreven. (M.M.)
Wiesbaden 23 Novr 1877
beste Funke, hartelyk dank voor Uw trouwe hulp! Ik weet wel dat ik erg achteruit ben, maar wat baat het of ik lang en breed de oorzaken uiteenzet die me onmachtig maken. Ik erken echter dat gy, als uitgever, niet te maken hebt met myn verdriet. De zorgen verteeren my, en daarby komt dan de bitterheid dàt dit zoo is! In Holland komen zal wel moeten, maar... ik geloof niet eens dat ik slagen zal. Voor [1.] voor: oorspr. stond er Om voor. de vuist te spreken (zoo als 't makkelykst is) durf ik niet wagen daar ik niet zal kunnen laten my te beklagen dat ik op m'n ouden dag broodshalve daartoe genoodzaakt ben, en deze klacht komt niet te pas jegens hen die dóór hun aanwezigheid blyk geven van belangstelling. 't Voordragen van reeds verschenen stukken zal niet opnemen, vrees ik. Dat deed Dickens in Engeland & Amerika met veel succes, maar 't hollandsch publiek zal er geen genoegen mee nemen. En daarby is 't bezwaar dat er maar zeer weinig lokalen zyn waar ik [2.] ik: oorspr. stond er men. genoeg kan zien om te lezen. Men plaatst by voorkeur lampen en kaarsen vóór of naast de oogen. 't Is bitter, maar 't zal moeten.
Wees met uw vrouw hartelyk gegroet van
tav
DD
Och, volstrekt niet om weer om geld te vragen, maar wilt ge asjeblieft schryven dat ge Mimi op myn rekening voor 'n kleinigheid gekrediteerd hebt voor dat stukje [3.] ‘Een bezoek te Marpingen’; overgenomen uit den ‘Rheinischen Kurier’. In: Het Zondagsblad van Het Nieuws van den Dag van 7 oktober 1877, no. 40. dat Uw Zondagsblad van haar plaatste. 't Was 'n vertaling (bezoek te Marpingen). Ik vraag u dit, omdat zy zooiets met zoo'n lieve ambitie doet en 't dan zoo prettig vindt dat ze iets verdiend heeft. Nog eens, zend er geen geld voor. Zeg maar dat er by die laatste fl. 100 ± tien gl, of zoo iets voor háár was, of al was 't maar vyf. 't Was slechts 'n vertaling. Eduard is allerliefst in omgang en van gedrag, maar toch baart hy me veel zorg. Ik kan hem niet begrypen. Wat z'n bekwaamheden aangaat, hy is knap genoeg (of byna althans) voor professer (in sommige dingen) maar niet zoo bekwaam als leerlingen van 12, 14 jaar in sommige schoolzaken. Nu leer ik hem latyn, zoo goed ik kan. Daar na zal grieksch volgen, en nog een en ander om hem klaar te maken voor 'n universiteit. Als dat lukt, zal hy spoedig kunnen promoveeren (in medicynen) want in hoogere vakken is hy beter thuis dan in schoolzaken.