Multatuli.online

30 september 1873

Brief van G.L. Funke aan Multatuli. Dubbel velletje postpapier met gedrukt kopje, geheel beschreven. (M.M.)

brieven van Vosmaer en Holda: deze brieven zijn niet bewaard gebleven.

Amsterdam, 30 Sept 1873

's avonds

Waarde Dekker!

Daar nu bundel VI haast compleet door U geleverd is, is 't noodig dat wij regeling maken voor bundel VII. Gaat Ge nl. voort als tot heden, dan zoudt Ge wel dit jaar nog twee bundels kunnen schrijven en, hoewel ik over u opgewektheid mij recht verheug, toch moet ik U stellig afraden dit jaar meer uit te geven dan de 4 aflev. van bundel VI.

Sedert Oct. 72, toen afl 1 van bundel IV verscheen, tot Uo Dec. 73, dus in 1¼ jaar tyds, hebben Uwe trouwe lezers niet minder dan 78 vel druks van U ontvangen en daarvoor f12. - op hun budget gekregen. Dit nu is voor zeer velen Uwer lezers al heel wél, ja misschien al wat bezwarend. Ik durf den boog dus niet strakker spannen en stel U daarom voor eenvoudig door te gaan met Uwen Wouterhistorie en wat daarbij behoort, de Kopij bij U te houden opdat Ge telkens wat na kunt slaan, en niet vóór 1n Januari e.k. voort te gaan met drukken. Aflev. 1-4 van bundel VI geef ik dan uit in Oct.-Dec. a.s. en aflev 1-4 van bundel VII in Febr-Mei, terwijl bundel VIII dan in de 2e helft van '74 kan volgen. Op die manier heb ik hoop onze kudde bijeen te houden, terwijl ze anders allicht zal gaan schrikken en gedeeltelijk deserteeren en, al is 't waar, dat zij voor een groot deel later wel weêr terug komen, toch spreekt het van zelf dat ik ze maar liefst dadelijk aan de haak heb.

Kunt Ge die wijze van uitgeven goedkeuren, dan verklaar ik mij bereid U geregeld remise te zenden, naar gelang Gij mij berichten zult Kopij persklaar te hebben, dan behoeft Mimi zich geen zorgen te maken voor den gang van 't huishouden.

Volgens dit program kom ik dus op of kort vóor 1e Januari de Kopij voor bundel VII opeischen en ga die ter perse leggen. Bundel VIII houdt Ge weêr bij U tot b.v. in Mei en dan handelen we daarmee evenzoo. Ik heb door die manoeuvre dít voordeel dat ik dan niet zoo'n groot kapitaal behoef om 't vol te kunnen houden, want ga ik b.v. nu dadelijk na bundel VI den 7n ter perse leggen, dan komen behalve Uw honor.m ook de kosten van papier, zet- en drukloon op rekening 1873, terwijl ik niet vóór April 75 er iets van terug krijg. Aan Uwe zijde hebt Ge 't voordeel dat Ge in Uwe kopij des verkiezende de dingen van den dag kunt behandelen en niet hoeft aan te zien dat de bladen maanden lang bij mij liggen te wachten op de uitgave.

Denk intusschen eens aan 't persklaar maken van bundels III en IV 2e druk. Zal ik U daarvoor een doorschoten ex. zenden of is dat niet noodig? Voor de correctie en 't nazien der proeven van die beide bundels verzoek ik U de ronde som van f500. - te rekenen. Spaar mij echter zoo eenigszins mogelijk, verandering in de proeven! Die herdruk zal ik door Woest laten behandelen, zoo Ge dat gaarne ziet. Hij zal zeker zijn best doen, te meer omdat hij na 73 van Haeseker gaat scheiden en dus het eerste groote werk dat hij geheel tot eigen voordeel krijgt, Uwe beide bundels zal zijn.

Zend mij zoo mogelijk bundel III persklaar tegen 1 Januari en bundel IV tegen 15 februari. Ik reken dat met den herdruk 3 à 4 maanden zullen verloopen.

Heden morgen zend ik U f100. - en brieven van Vosmaer en Holda.

Adieu! Groet ook Mimi!

GLf