Multatuli.online

26 augustus 1872

Brief van Multatuli aan G.L. Funke. Enkel velletje postpapier, dubbel gevouwen en tot het midden van blz. 4 beschreven. (M.M.)

dat zotte ‘godsdienstige’ vers: dit gelegenheidsgedicht uit 1860 is verder onbekend.

Wiesbaden 26 aug 1872

Waarde funke, Ik heb op Uwen brief niet geantwoord omdat het eenig goede antwoord is: kopie.

Wees gerust. Ik ben zeer druk aan 't werk. Alles zal behoorlyk in orde komen.-

Ik schryf u vandaag alleen over vel 8 herdruk.

Zie eens of ge genoegen neemt met de noot op blz. 122? 't Kon zyn dat ge er niet mee te maken hebben wildet. Scheur in dat geval dat slot er af.

De stukken waarvan ik sprak zend ik U, maar daar de ‘verzen’ onleesbaar zyn - ikzelf kan er byna niet uit wys worden - moet ik ze eerst overschryven. Toch zend ik de justificeerende kladden er by. Want daarom is t hier te doen.

Ik zie nu ook dat ik de namen der meisjes veranderd heb. Dit wist ik niet eens meer. Waarschynlyk was dit om die deerns niet te... publiceeren, niet publiek te maken.

Er is zeer veel in m'n schryvery dat wáár is, en dat men niet waardeert, omdat men alles opvat als gemaakt werk.

Hartelyk gegroet

tav

DD

Als 't u niet hindert dat certificaatje te teekenen, zend dan maar de proef naar Haarlem door. Dat ge de stukken echt vinden zult, verzeker ik U.

Ik zie in dat zotte ‘godsdienstige’ vers, dat my eenige byzonderheden over den zilveren bruigom waren opgegeven, waarvan de tekst geen melding maakt. Maar dat doet er niet toe. Ik heb zeker gevraagd: ‘vertel me toch iets van je vader of moeder.’ Want ik kende de menschen niet. Zelfs nu zou ik den naam dier dames niet kunnen opgeven. Wel weet ik waar ze woonden -

Misschien kunt ge die versjes na m'n dood laten drukken. Niet omdat ze mooi zyn, maar als curiositeit. Maar wacht in allen geval tot ge zeker weet dat de menschen die in '60, 25 jaar getrouwd waren, behoorlyk dood zyn.