Multatuli.online

15 december 1871

Brief van Multatuli aan W. Wintgens. Dubbel velletje postpapier, geheel beschreven. (M.M.)

conateert: blijkt; (fr.).

kassi api: vuur geven (mal.)

focus: brandpunt, centrum.

Hoogedelgestrengen Heer

Mr W. Wintgens

Oud-minister van Justitie

Lid der Tweede-Kamer St. Gen.

s'Hage.

Wiesbaden 15 December 1871

Hoogedelgestrenge Heer!

Gister ontving ik de beide bundels, inhoudende Uwe Redevoeringen over Koloniale Onderwerpen voor welk geschenk ik U myn welgemeenden dank betuig.

Gelezen heb ik die stukken nog niet, omdat ik daaraan meer aandacht wyden wil dan my gister en heden mogelyk was. Ik heb 't zeer druk, en werk tot laat in den nacht, ja tot den morgenstond, zoodat my de oogen schemeren.-

Heden morgen las ik 't resumé der zitting van 9 dezer. Ik zie daarin dat de heer F. v d Putte zich 'n lauwerkrans op 't hoofd zet. Hy tooit zich met het hem door den heer W. ‘gulhartig’ uitgereikt specialiteitsdiploom.

Ja, wel gulhartig! Al te généreus!

Het doet my waarlyk leed dat Gy hem behandeld hebt naar z'n wensch. Want ik zie duidelyk dat hy 't met al de ‘byzondere onderwerpen’ die hy voorop zond, dáárop aanlegde. Uit het resumé van den N.R. blykt dat hy zeer ingenomen is met z'n tin, koffi, zout, onteigening spoorwegen, consignatiekas, tractementverhoging inl. hoofden, heeredienst, Javaansche Taal en domicilie der Wetenschap, altemaal speciale zaken.

Le premier venu had met weinig inspanning het lystje van speciale onderwerpen nog veel langer kunnen maken, en 't komt my zeer jammer voor, dat nu die man met een certificaat pronkt dat juist aan hem het allerminst besteed is. De heer Fransen van de Putte is eene zeer speciale specialiteit van volstrekte onbevoegdheid. Hy heeft veel minder recht tot meespreken dan iemand die - overigens onbevooroordeeld en intègre - niets van Indie weet. Zoo zyn er meer!

Ik moet het nu zeer betreuren dat ik in myn stuk over Specialiteiten, die Duizend Hoofdstukken gesupprimeerd heb. In ééne daarvan zou de heer vdPutte gevoegelyk thuis hooren.

Zyne specialiteit is die van den matroos, die in noodgeval in den scheepsraad geroepen om te delibereeren over den te volgen koers, z'n superieuren tracht mat te zetten met 'n praatje over pik, teer, knoopen leggen en verdere matrozen-wysheid. Hieruit conateert juist het gebrek aan de specialiteit die in casu noodig is: navigatie-kennis.

De ‘byzonderheden’ die de heer F.v.d.P. aanhaalt, zyn er met de haren bygesleept. Er mankeert maar aan, dat hy Kassi api riep, of 'n kabaai aantrok om er Indisch uittezien.

Hy zegt dat het kultuurstelsel nooit is toegepast. Waarom bestrydt men het dan? Zullen de nu gemaakte wetten wél worden opgevolgd? Welke grond is er tot die verwachting, nadat de ambtenaren in my een voorbeeld voor oogen hebben, hoe 't handhaven van de wet gestraft wordt? Het is van zeer immoreel effect dat een man als van de Putte meespreekt, terwyl men my ignoreert.

Het eenig middel om - áls 't nog mogelyk is! - iets te herstellen, is terugkeer tot waarheid. Zal dit kunnen geschieden met eene Kamer als de tegenwoordige? Ik geloof het niet.

De heer Fr. v. de Putte had in-plaats van z'n tin, zout, consignatiekas en ‘de wetenschap’ liever moeten aantonen hoe 't Gezag zal gehandhaafd worden na afbreking van 't Kultuurstelsel? Dáárin ligt de kern van 't vraagstuk. Hy, de particuliere industrieel, had waarlyk geen millioenen uit de ‘Javaantjes’ getrokken, indien hy niet gewerkt had onder de bescherming van 't Gezag dat hy nu ondermynt.

Onbeschaamd is 't dat hy durft zeggen dat het gezag moet gehandhaafd worden. Waarom geeft hy dan niet tevens op, uit welken focus dat gezag zal moeten uitgaan?

Ik ben zeer verdrietig over den loop dien deze debatten nu genomen hebben. Het Volk zal in Uwe erkentenis niet zien wat het is: eene ironische verwyzing naar die Duizend Hoofdstukken. En attendant is 't koloniale Fritsje gecoiffeerd met de zaak.

Na zeer beleefde groete heb ik de eer met hoogachting te zyn

UwhoogEdgestrenge DienstwilligeDienaar

Douwes Dekker

Eigenlyk komt het my voor, dat Gy in de Kamer vry alleen staat. Dit is vereerend, maar met het oog op succes zeer treurig. Ik gloei van lust om naast u te staan, maar... niet in die Kamer. Dat zou ik niet kunnen.


nadere informatie

afschrift