Lijst van brieven op datum
29 november 1871
van
Multatuli
aan
G.L. Funke (bio)
Volledige Werken. Deel 14. Brieven en dokumenten uit de jaren 1870-1871 (1982)
29 november 1871
Brief, van Multatuli aan G.L. Funke. Dubbel velletje postpapier, tot het midden van blz. 4 beschreven. (M.M.)
het Friesche Handschrift: de befaamde historische mystificatie uit het laatst van de jaren '60, door de classicus J.G. Ottema voor echt gehouden en in 1872 gepubliceerd: Thet Oera Linda Bok.
Philarète Chasles: frans criticus, bibliograaf en vertaler (geb. 1799) die de teksten vaak zó herschreef, dat de oorspronkelijke auteur ze niet herkende.
supercherie: bedrog, list (fr.)
Nehalennia: waarschijnlijk keltische godin, op Walcheren in de tweede en derde eeuw vereerd; in 1647 werden bij Domburg Nehalennia-altaren gevonden; later ook elders in Zeeland.
Sanchoniaton: fenicisch priester, een paar eeuwen vóor onze jaartelling, schrijver van een slechts in uittreksel bewaard gebleven werk over de godsdienst van de Kanaänieten.
Frederik Muller: boekhandelaar, bibliograaf en verzamelaar (1817-1881), een der oprichters van het Koninklijk Oudheidkundig Genootschap.
Wiesbaden 29 Novr. 1871
Waarde Heer Funke, Dank voor uw briefje van eergister (naam Wintgens) en ook voor Uwen brief van den 23n. Ja, onze brieven hadden elkaêr gekruist.
De ‘doodetakken’ historie... gy hebt het ware woord genoemd! Nu, 1871, komt my Bundel III nog goed voor. Ook Specialiteiten en N.E. Vrye Arbeid. Zal dat zoodje my na 'n paar jaren denzelfden indruk geven als ik nu ontvang van I & II? Dat denkbeeld is om moedeloos te worden! Ik ben al m'n verwaandheid kwyt.-
Toen ik begon met nazien, dacht ik in 'n paar dagen klaar te komen, maar 't lykt er niets naar. Ik zit er mee bezet.
En, zonder die dooie takken, ook de correctie van lager orde is veel lastiger dan ik my had voorgesteld. Ik heb nu deeltje 1 & 2 reeds driemaal nagezien (en daarby nootjes gegeven) doch 3 en 4 maar ééns, en nog altyd zonder noten. Daaraan begin ik straks.
Wat het wegkappen aangaat, het lykt op 't gelykscheren van een baard. Dan gaat men links te ver, dan weer regts, gedurig hapert er wat. Wie ondervinding van een baard heeft, is bang er aan te beginnen-
Ik zal grootendeels uwen raad opvolgen, en naar IV verwyzen.
De zaak is niet dat ik onwaarheid gezegd heb, en iets behoef intetrekken, maar maar... veel beschouwingen komen my zoo verouderd voor, zoo common place, en als ik aan't scheren ga... ge weet de rest. - By spelling-correctie kwam 't gedurig voor, dat ik inzag: ja als ik dát verander, dan moet ik ook in al 't vorige gelyksoortige correcties maken om te kloppen. En dan weêr van voren af aan!-
Dít is zeker dat 'n verbeterde uitgaaf hoognoodig is! Als ik geld had, zou ik alle Exx. van vorige édities laten opkoopen, en vernietigen. Ook in Uw uitgaaf zyn blunders (nieuwe) maar... absolvo! Want als ik de vorige zie, moet ik erkennen dat de Uwe mooi is.
Ik verzeker u dat ik m'n uiterste best zal doen voor de tegenwoordige editie. Ik wist niet dat de vorigen zóó slecht waren!
Maak asjeblieft met den drukker 't accoord dat hy niet pruttele tegen: ‘nogeens revisie, nog eens pers revisie’ &c. Als daarop kosten loopen, laat my er in meedragen. Liever dan dat ik later weer zoo misselyk word van m'n eigen werk!
(By-gelegenheid 'n paar opmerkingen over de plichten van de drukkery. Een drukker in Holland levert aan uitgevers en schryvers niet wat hy eigenlyk leveren moet. Soit! Mits ze dan niet terstond klagen over ‘nog eens revisie!’ Dat is voor 'n groot deel hun eigen schuld.)
Ja, 't Voorbericht schryf ik liefst na afloop van 't andere. Hoe later dat stuk gedateerd is, hoe beter.-
Ik ben zoo vry U te verzoeken voor my te bestellen by H. Kuipers te Leeuwarden:
‘het Friesche Handschrift
met de vertaling van Dr Ottema.’
Ik lees dat het zal worden uitgegeven, als er ‘genoegzame deelneming’ is.
En als 't niet teveel gevergd is, kunt ge my op de hoogte helpen van wat er in de geleerde wereld over dat ding gezegd is? Of van 't voornaamste daarvan?
De heele zaak komt my voor een énorme Schwindel te zyn. Me dunkt dit kán niet anders. Maar ik wil onderzoeken uit welke fabriek het ding afkomstig is. Belangryk is 't altyd. De tafel danst niet, maar ik wilde in dit geval nagaan hoe men 't aanlegt om de luî in de meening te brengen dát ze danst.
Ik gis dat het door my verondersteld bedrog met dat H.S. zeer grof is. Fyne bedriegerytjes gaan niet op. 't Onmogelyke is gangbaarder dan 't onwaarschynlyke. Na de historie met Philarète Chasles, is elk supercherie van die soort 'n kleinigheid. Ik denk dan ook dat de met dien geleerde gelukte foppery de middelyke aanleiding was tot het vervaardigen van de fenisisch-friesche zeldzaamheid. 'n studentengrap?
Dát echter de feniciers 'n rol hebben gespeeld op onze kusten, is waarschynlyk. Ze hadden er factoryen, denk ik, schoon 't vreemd is dat Tacitus daarvan niets schynt gehoord te hebben. Want al ware 't in zyn tyd reeds een zaak van eeuwen geleden, de Germanen moesten daarvan herinnering gehad hebben. Ook zou 't gebleken zyn in zeden, goddienery en taal. Die Zeeuwsche Nehalennia zegt niet veel. Hoe dit zy, ik ben zeer nieuwsgierig naar dat stuk, en naar de controverse daarover. Wilt ge my daaraan helpen?
Nu ga ik aan m'n 3 deeltje. Waarom splitst gy de bundels? Dit heeft 'n nadeel by 't aanhalen. Men moet nu letten op 't onderscheid tusschen ‘bundel’ of ‘deeltje’.
Bovendien de ‘bundels’ hebben iets als 'n slot.
Wees vriendelyk gegroet van t.a.v.
Douwes Dekker
Bestaat er eene Holl. vertaling van Sanchoniaton? Of liever welke vertaling in 'n moderne taal wordt gebruikt?-
Maar ik zie in dat ik onbescheiden word. Ge hebt zeker druk werk om Uw zaak als zaak te doen marcheren. Ik weet wel dat het zoo makkelyk niet is den ‘kost’ te verdienen.
Nu geef u dan geen moeite. Maar 't kon zyn dat ge 't wist uit Bibliografische Verzeichnisse, of zoo iets, byv: van Frederik Muller.