Multatuli.online

17 mei 1871

Brief met vijf bijlagen van Multatuli aan A.L. baron van Plettenberg. Eigenhandig afschrift in het Memoriaal, blz. 37-38. (M.M.)

de Delftsche commissie: de financiële handelingen van Plet als intermediair tussen deze commissie en Waltman en tussen Waltman en Multatuli zijn ondoorzichtig.

Gysbert Japikx: rederijkerskamer, genoemd naar de friese dichter.

Wiesbaden 17 Mei 1871

Beste Plet. Gister ontv. ik uwen brief van 15 met de coupon. Ik verzocht u pr telegraaf dóórtegaan.

Wel zeker plein pouvoir aan U. Ik zou U niet gedésavoueerd hebben al hadt ge ik weet niet wat aangenomen. Maar ik was kwaad op W. omdat hy nu met dat bod voor den dag kwam.

Hierby

Waltman kan immers gaan tot 1500 Exemplaren van Specialiteiten? Welnu als hy nu minder heeft gedrukt, en dus door 'n herdruk later dat getal aanvult, verzoek ik hem my in de gelegenheid te stellen, hier en daar wat te verbeteren. Er zyn leemten.-

En nu present-Exempl! Het is niet geaccordeerd en bezwaren wil ik hem niet. Ge schreeft (over Vr. Arb) ‘beschik over twintig’. Maar dat kán ik niet doen voor ik weet of ik, dóórwerkende, voor de betaling zorgen kan.

Belooft gy me dat ik op dat doorwerken kan rekenen, d.i. voorloopig op die 20 vel Mill: Studiën, dan verzoek ik u 15 present Exempl te doen expedieren volgens bygaande Nota. Maar... het bedrag moet my niet terstond worden ingehouden van de betaling. Dat kan ik niet lyden. Want alles wat ik nu in de eerste paar maanden hoop te ontvangen, heb ik dubbel en dwars noodig. Ook vind ik dat ik niet juist ál de Exempl. hoef te betalen, daar 't toch de gewoonte is een auteur met present exempl. bytestaan. 't Is trouwens in 't belang van den uitgever zelf.

Hoe dit zy, ik zou gaarne weten, hoeveel ik voor die zaak aan W. zal schuldig zyn. Dan reken ik er op en zal 't zoodra mogelyk verevenen.-

Het bezwaart my waarachtig dat gy u op den duur zooveel moeite voor my getroost! Ik mag daarvan toch niet voortdurend misbruik maken.

En onkosten hebt ge ook van my! Ge hebt me voor Specialiteiten meer dan f320 geremitteerd. Wilt ge my dat opgeven.

Van de Delftsche commissie spyt het my. Zie, daar ben ik nu alweer - even als by de groote commissie - in 't aspect van geassisteerd te zyn, en ten-slotte blykt er dat het zoo niet is! Dat is zeer verdrietig. Maar kerel, bedenk nu SVP dat ik - als Waltman geregeld kan betalen - geen hulp noodig heb. Wel had de groote commissie my kunnen helpen om voor eigen rekening uittegeven, in welk geval myn geheele toestand zou veranderd zyn, maar dat is nu toch voorby!

Adieu hartel. gr.

byl. 1 briefje Heineken

Amsterd. 17 Dec^r 1870

WelEd Heer

C. van Helden.

WelEdele Heer, Wy hebben antwoord ontvangen van den heer Douwes Dekker. Hy verklaart dat omtrent de stukken door hem indertyd in het Noorden geschreven alle verbintenis tusschen hem en de redactie aangegaan vervallen, zoodra zy door U uitgegeven worden. Nu bestaat er van onze kant geen bezwaar meer tegen den afstand van 't kopyregt.

Achtend H. (?) Heineken

(Door my bygevoegd: Dit was geschreven in de meening dat Mill: Studien by van Helden zouden uitkomen. Maar vH kán niet. Hy heeft al moeite om de Ideën voorttezetten, wat jammer genoeg is.

DD)

byl. 2.

Ontv. van den Heer JWaltman Jr boekverkooper en uitgever te Delft door welwillende bemiddeling van den heer baron A.L. van Plettenberg de som van f320 voor 't kopyregt over 1500 Exemplaren van 't werkje D. e e. H. o S.

Wiesbaden 17 mei

DD.

byl. 3

Kopy. bl. 1-5

byl. 4

voorberigtje

byl. 5

Present Exempl. met inplakbriefjes

vr. Arb., & Specialiteiten

(Ik meen dat Vrye-Arbeid reeds gezonden is aan Buys Huisman & Roorda-