Lijst van brieven op datum
1 oktober 1860
van
Multatuli
aan
Jacob van Lennep (bio)
Volledige Werken. Deel 10. Brieven en dokumenten uit de jaren 1858-1862 (1960)
Omstreeks 1 oktober 1860
Brief van Multatuli aan Van Lennep. Dubbel velletje postpapier, waarvan drie bladzijden beschreven. (U.B. Amsterdam)
Waarde Heer van Lennep!
Reeds sedert maanden heb ik iets op het hart en het wil er niet uit omdat ik vrees U verdrietig te maken. Maar ik moet wel. Ik ben niet tevreden over de Ruyter. Verschoon mij van 't opsommen van al de redenen, en laat ik mij bepalen tot deze vraag: Is er geen mogelijkheid het boek van hem terug te koopen? Er moet eene tweede editie van wezen, er moeten Exx naar Indie, het moet geannonceerd worden, en dat alles wil hij niet doen. Eergister nog heeft hij een Uitgever afgewezen, die, verontwaardigd over het smoren van den M.H., hem een bod kwam doen.
Ik begrijp dat de R, een eerlijk man moet zijn wijl Gij anders niet met hem zoudt in relatie staan, en dat is alles wat ik kan antwoorden op de herhaaldelijk voorkomende vraag: Of daar niet wat achter schuilt?
Uit den Haag wordt overal verteld dat het boek uitverkocht is. Ik kan U de personen noemen die mij zeiden het geleend te hebben, ‘omdat het naar zij gehoord hadden niet te koop was’.
Is dat nu niet hard.
Ik wil mij kandidaat stellen te Tiel, - ik heb daarvoor Max Havelaars noodig. Ik zou er vijftig heenzenden als ze één gulden kostten, -- nu kan ik 't niet doen, want ze kosten vier!
Als Thieme het werk in handen kreeg, zoudt gij den volgenden dag geannonceerd zien dat er een tweede druk ter perse lag. Dat was dan ook mijn doel bij 't schrijven en geenszins dat een boekhandelaar er een fondsartikel van maken zou.
Ach help mij van de Ruyter af!
Na vriendelijke groete en met verzoek dat Uwe verstoordheid kort moge duren
Uw DwDienaar en zeer hoogachtende vriend
Douwes Dekker