Multatuli.online

8 december 1853

Beslissing van de Minister van Koloniën inzake Dekkers rekest. (Algemeen Rijksarchief, 's-Gravenhage. Fotokopie M.M.) Bovenaan staat in potlood genoteerd: Spoed. Naast de eerste alinea is aangetekend: ‘Medezenden aan de Ned.: H. Mij. afschrift dezer dispie.Bij de berekening van de terugbetaling staat in potlood: ‘begonnen 1o Jan 1854 dus einde, ult. aug.’.

Ministerie van Kolonien.

's-Gravenhage, den 8 Decbr. 1853.

Lett. A. No. 1.

De Minister van Kolonien,

Gelezen hebbende een rekest van den Oost-indischen ambtenaar E. Douwes Dekker, laatstelijk adsistent-resident, tevens magistraat te Amboina, thans met verlof hier te lande, in dato Amsterdam, den 17n November jl, houdende verzoek, dat hem, om de daarvoor aangevoerde redenen, worde uitbetaald een voorschot van drie maanden verlofstraktement. (Exh. 11/18 53 No 7.)

Gezien de door den rekestrant, bij brief van den 3n dezer (naar aanleiding der missive van den Waarnemenden Secretaris-Generaal bij het Departement van Kolonien, ddo 21 November jl Lr A N 933.) aangeboden akte, gedagteekend Amsterdam, den 3n der loopende maand, waarbij de heeren R. Scherius, Oost-indisch ambtenaar, thans met verlof hier te lande, en A.F. Siedenburg, luitenant ter zee der 1e klasse, zich verbinden tot de terugbetaling van het door hem rekestrant gevraagde voorschot, of wel van zoodanig gedeelte van hetzelve, als bij zijn onverhoopt vóóroverlijden nog oningediend of onaangezuiverd mogt zijn.

En lettende op de verbn. van 23 Febr. 1853 La. A No 2

en 12 Septbr. 1853 La. A No 2

Heeft goedgevonden:

1o. aan den heer E. Douwes Dekker voornoemd, bij extract dezer, te kennen te geven: dat de Nederlandsche HandelMaatschappij te Amsterdam wordt gemagtigd om hem alsnu, op de gewone wijze, te doen uitbetalen een voorschot van drie maanden verlofstraktement, of wel eene som van f675. - (zes honderd vijf en zeventig gulden) en om vervolgens die som, bij termijnen van f 84.37½ 's maands, en derhalve over een tijdvak van acht maanden, te verhalen op het door hem, van en met den eersten Januarij 1800 vier en vijftig, te goed te maken verlofstraktement; - zullende mitsdien te dier zake, over het thans loopende kwartaal, geene inhouding worden bewerkstelligd.

2o. te schrijven:

Aan de Nederlandsche Handelmaatschappij.

Ik heb de eer der Maatschappij te verzoeken, om aan den Oost-indischen ambtenaar met verlof E. Douwes Dekker, over wien laatstelijk handelde mijne missive van den 12n September jl La. A No 2, met eenigen spoed, te doen uitbetalen het voorschot vermeld in mijne kopiëlijk hierbij gaande beschikking van heden, La. A No. 1, en voorts om de inhouding van dat voorschot, op de daarbij omschreven wijze, te bewerkstelligen.

(twee parafen, van een ambtenaar en van Weddik)

Wfe