Poerwakarta

hoofdplaats van de residentie Krawang. Na zijn gedwongen verblijf te Padang, werd dd. in 1845 in Poerwakarta benoemd tot tijdelijk ambtenaar. Hij moest er de achterstallige administratie van de assistent-resident *J.H. Dickelman bijwerken. In Poerwakarta schreef dd. zijn verlovingsbrieven aan Tine (vw viii, p. 457 e.v.). Op 18 mei 1846, 28 maanden na zijn schorsing door *Michiels, kreeg dd. weer een vaste aanstelling. Hij werd commies in de residentie Bagelen (*Poerworedjo).

(Lit. vw viii, p. 450 e.v.; P. van 't Veer, Het leven van Multatuli, 1979, p. 176 e.v.) *Cleerens *Obdam *Teunisz