Jang di Pertoean

titel van de inlandse vorst in de Bataklanden (Sumatra) ten tijde van dd.'s verblijf in Natal (1842-1843). Zijn naam betekent ‘hy die heerst’, aldus dd. in noot 109 (1881) bij Max Havelaar, ‘Als ik me niet vergis, is er op geheel Sumatra slechts één Hoofd dat dezen titel draagt’ (vw i, p. 346).

dd. werd controleur te Natal, kort nadat zich een affaire rondom de Jang di Pertoean had afgespeeld, die dd. van zijn voorganger, *Van Meerten, te horen kreeg. Dit ‘gekleurde’ verhaal vertelt dd. in zijn Max Havelaar (vw i, p. 177). Jang di Pertoean werd, volgens dit verhaal, ervan verdacht een opstand voor te bereiden in Mandheling (Mandailing), zijn gebied in de Bataklanden. Hij zou als vurig Islamiet alle (christelijke) Europeanen willen vermoorden. Door de assistent-resident van Mandheling, Door *Van Kervel, de schoonvader van Van Meerten, werd hij gevangen genomen en naar Padang gezonden. Daar ontving generaal Michiels - Van Damme in Max Havelaar - hem als zijn gast, verleende hem ondanks bezwarende verklaringen eerherstel en liet hem terugkeren naar zijn gebied. Van Kervel werd korte tijd later als assistent-resident geschorst vanwege een aantal vergrijpen die niet direct iets met deze zaak te maken hadden. In de Max Havelaar vermeldt m. dat deze zaak nooit werd onderzocht. Hij vermoedt dat de stukken over de Jang di Pertoean door Michiels nooit onder de ogen van de regering gebracht zijn (vw i, p. 179). Dit vermoeden was juist, zoals De Bruyn Prince heeft aangetoond in zijn Officiële Bescheiden (2e dr., 1910, p. 310-341).

Michiels ontkende ten stelligste dat hij bij enige plannen tot opstand betrokken zou zijn geweest, terwijl Van Meerten, Van Kervel, dd., en ook resident *Weddik overtuigd waren van zijn ontrouw. De hele affaire kreeg nog een vervolg, toen Michiels tijdens het controleurschap van dd. het vonnis tegen *Si Pamaga persoonlijk kwam herzien in Natal. Deze was veroordeeld wegens poging tot moord op de Toeankoe Bezaar van Natal. De Jang di Pertoean zou de opdracht tot de moord gegeven hebben.

Uit hoofde van zijn functie was dd. bij deze nieuwe procesvoering aanwezig (vw viii, p. 133-141). *Soetan Salim