Dagboek

1. Zelfbespiegelingen en mededelingen van m. die in 1885 werden gepubliceerd door *C. Busken Huet in het artikel ‘Multatuli’ in Onze Hedendaagsche Letterkundigen (1882-1887) van *J. ten Brink. Het betreffen fragmenten uit m.'s *‘Brief aan A.C. Kruseman’, geschreven tussen 25 februari en 16 maart 1851.

Busken Huet heeft zijn bron niet vermeld (cf. brief van Busken Huet aan J. ten Brink d.d. 24 augustus 1885, vw xxiii, p. 413). m. noemt in een brief aan Marie Berdenis van Berlekom d.d. 10 december 1886 zelf als bron de brief aan Kruseman en een ‘bundel geschryf uit m'n jeugd, die my ontstolen is!’ (vw xxiii, p. 753; cf. xxiii, p. 458-459).

2. Dagboek van Mimi, waaruit zij gegevens haalde voor haar uitgave van de *Brieven van Multatuli (1 & 2). Het bewaard gebleven deel van haar dagboek, twee blauwe cahiers, loopt van 29 juni 1872 tot 27 september 1873 (vw xv, p. 15).

Op 25 maart 1863 kreeg m. al een dagboek van Mimi te lezen, ‘Ik wist niet wat my wachtte! Ik heb gelezen tot nu toe, 2 uur, en ben erg aangedaan.’ schrijft hij haar (vw xi, p. 126).