Gennep, J. van-
advocaat in Indië, zwager van Johannes van Vloten. Tijdens zijn verlof in Nederland plaatste hij, op instigatie van Herman A. des Amorie van der Hoeven, op 4 oktober 1870 een oproep in de nrc (*Multatuli-Commissie 3 en 3a) waarin hij erop aandringt geld in te zamelen voor de armlastige m. (vw xiv, p. 179-182; *Zaanlandsche Courant). Van Gennep schrijft verder in de oproep dat Nederland na de verschijning van de Max Havelaar een betere politiek is gaan voeren in Indië: het Nederlandse volk verkiest niet langer ‘de bloedzuiger te zijn van den trouwhartige Javaan’. Deze oproep wordt door m. overgenomen in Idee 1034, waarna hij in een noot opmerkt:
‘Hier vergist zich de heer Van Gennep. Na 't verschynen van den Havelaar, is er in Indië niets, volstrekt niets verbeterd’ (vw vi, p. 384).
m. vond deze oproep, alsook de oprichting van de Multatuli-Commissie, door Van Gennep in 1870 beledigend.