Amorie van der Hoeven, Martinus des-
1824-1868, broer van de beide voorgaanden, bezocht achtereenvolgens het gymnasium en het Athenaeum Illustre te Amsterdam. Hij promoveerde in 1845 tot doctor in de letteren en rechten te Leiden en werd advocaat te Amsterdam. In 1848 werd hij aldaar hoogleraar in het Romeins en Hedendaags Recht. Hij trad regelmatig als spreker op in de sociƫteit Felix Meritis en werd er bewonderd om zijn welsprekendheid. Zijn geschriften en voordrachten op wijsgerig godsdienstig gebied verloren echter langzamerhand de bijval van vroeger. m. prijst hem om zijn eerlijkheid in Idee 709 (vw iv, p. 439). *advocaten